Een circumcisie is een ingreep waarbij de vernauwde voorhuid wordt weggenomen.
Circumcisie
Het verloop & de nazorg van een circumcisie
Voor de operatie
De dokter kan je vragen om een aantal preoperatieve onderzoeken te ondergaan, zoals een bloedafname of EKG. Dat kan meestal via de huisarts gebeuren.
Bijzondere voorbereiding is niet nodig. Er zal wel gevraagd worden om bepaalde bloedverdunnende medicatie voor de ingreep te stoppen.
Dag van de operatie
- Je moet nuchter zijn. Je mag dus niets meer eten of drinken vanaf middernacht vóór de ingreep.
- Je meldt je bij de opnamedienst van het ziekenhuis aan. Van hieruit word je begeleid naar het chirurgisch dagziekenhuis.
- Op deze afdeling worden de naam en geboortedatum gecontroleerd en wordt het identificatiebandje aangedaan.
- Voor het vertrek naar de operatiekamer doet de patiënt een operatiehemd aan.
Verloop van de ingreep
Voor de ingreep word je verdoofd. Dat kan gedeeltelijke (via ruggenprik) of volledige verdoving zijn. Welke optie gekozen wordt, wordt beslist in overleg met de arts en anesthesist.
In totaal is de patiënt twee tot drie uur van de afdeling weg. De operatieduur zelf is wisselend, maar de ingreep moet de patiënt ook enige tijd doorbrengen op de ontwaakruimte. Wanneer de verdoving voldoende is uitgewerkt, mag de patiënt terugkeren naar de afdeling en wordt er een kamer toegewezen.
Nazorg en ontslag
Eens op de kamer, heb je een infuus waarlangs pijnstillende medicatie kan toegediend worden. De verpleegkundigen geven ook enkele pijnstillers mee naar huis voor één dag. Als pijnstiller wordt een paracetamol aangeraden (bijv. Perdolan®, Panadol®, Dafalgan®).
Wanneer de patiënt voor de eerste keer na de operatie wil opstaan, moet altijd een verpleegkundige verwittigd worden. Drinken mag al een paar uur na de ingreep en 's avonds is een lichte maaltijd aangeraden.
Ter hoogte van de operatieplaats is een drukverband aangebracht. De patiënt kan daar gewoon door plassen. Het doorplasverband blijft ter plaatse tot de dag na de ingreep. De patiënt mag het zelf losmaken of losgaan bij de huisarts. De wonde moet dagelijks verzorgd worden met een Isobetadine® zalf. Daarna wordt best een kompres gebruikt, zodat het ondergoed niet bevuild wordt. De draddjes lossen vanzelf op.
Bij ontslag krijgt de patiënt een afspraak voor controle en een ontslagbrief voor de huisarts mee. Je mag niet zelf naar huis rijden.
De thuismedicatie mag je na de operatie verder nemen.
Grote uitzondering: sommige bloedverdunners mogen pas opnieuw ingenomen worden na advies van de arts.
Je neemt contact met de huisarts, behandelende arts of komt naar spoed in geval van:
- Hevige pijn;
- Niet kunnen plassen;
- Een lichaamstemperatuur boven 38,5°.